Ga naar inhoud

Rapportages

Met de rapportage functionaliteit is het mogelijk standaard producten (tabellen, kaarten en grafieken) te verkrijgen. Bij de rapportage zijn een aantal keuzes al gedaan voor de gebruiker, zo zijn bij werkdagen nationale feestdagen niet meegenomen en zijn technische uitsluitingen standaard uitgesloten in alle rapportages. Bij elke rapportage is aangegeven welke standaard keuzes zijn geïmplementeerd. Voor elke rapportage is in de bijbehorende paragraaf aangegeven wat wordt getoond en hoe dit is berekend. Dit hoofdstuk wordt nog verder ingevuld.

Dagtotalen

Met de rapportage dagtotalen wordt een overzicht gegenereerd van een locatie van alle dagintensiteiten van het geselecteerde jaar.

Toelichting

In deze rapportage worden de dagtotalen van een locatie over een kalenderjaar getoond. Deze rapportage bestaat uit drie tabbladen, het eerste tabblad bevat informatie over de locatie, het tweede tabblad de dagtotalen en het derde tabblad informatie over de datakwaliteit. Binnen de selectie van een jaar is het mogelijk om bepaalde dagtypen uit te sluiten. In het overzicht wordt er onderscheid gemaakt naar de voertuigcategorie, daarnaast wordt het totaal aan voertuigen die dag gemeld en het aandeel van die dag in alle geselecteerde dagen van het jaar in procenten (kolom Rel.). Wanneer alle dagen van het jaar zijn geselecteerd zal een dag ongeveer (1/365=0,3% beslaan) en wanneer bijvoorbeeld alleen maandag is geselecteerd zal een gemiddelde maandag in dat jaar ongeveer 2% (1/52) beslaan van het totaal. De onderste rij bevat de totalen voor het jaar. In het derde en laatste tabblad worden alle technische uitsluitingen vermeld.

Rekenregels

De dagtotalen worden berekend vanuit de minuutgegevens. Hiervoor worden eerst de dagtotalen per voertuigcategorie en rijstrook te bepaald:

\[ I^{dag}_{cat,r} = \frac{\sum^{M}_{i=1} I^{i}_{cat,r}}{M}* 24\]

Met:

\(I^{dag}_{cat,r}\): Het aantal voertuigen in de betreffende rijstrook en voertuigcategorie op dag.

\(M\): Aantal minuten zonder foutmelding voor de betreffende rijstrook en voertuigcategorie en dag.

\(I^{i}_{cat,r}\): Het aantal voertuigen in de betreffende rijstrook en voertuigcategorie in minuut i in voertuigen per uur.

Vanuit deze dagtotalen per rijstrook en voertuigcategorie kunnen de dagtotalen voor de locatie bepaald. De rijstroken worden per voertuigcategorie bij elkaar opgeteld en voor de categorie ‘anyVehicle’.

\[ I^{dag}_{cat} = \sum^{R}_{r=1} I^{dag}_{cat,r}\]

Met:

\(I^{dag}_{cat}\): Het aantal voertuigen in de betreffende voertuigcategorie op dag.

\(R\): Aantal rijstroken.

\(I^{dag}_{cat,r}\): Het aantal voertuigen in de betreffende rijstrook en voertuigcategorie op dag

Bij locaties met drie voertuigcategorieën is de berekening nu klaar. Bij een locatie met 5 voertuig categorieën kunnen de categorieën worden samengenomen zoals beschreven bij de rekeneregels. De totaal categorie komt vanuit een aparte voertuigcategorie de ‘anyVehicle’ en hoeft niet gelijk te zijn aan de optelsom van alle categorieën. Dit komt doordat voertuigen die wel geregistreerd zijn maar niet konden worden gecategoriseerd hier worden meegeteld.

Weektotalen

Met deze rapportage wordt voor een heel kalenderjaar de weekgemiddelde weergegeven in een overzicht van de geselecteerde locatie.

Toelichting

Deze rapportage bestaat uit drie tabbladen, het eerste tabblad bevat informatie over de locatie, het tweede tabblad de weekgemiddelde en dagtotalen en het derde tabblad informatie over de datakwaliteit. Binnen de selectie van een jaar is het mogelijk om bepaalde dagtypen uit te sluiten, waardoor het bijvoorbeeld mogelijk is om het weekendgemiddelde te krijgen in het weekdaggemiddelde. In het overzicht wordt er geen onderscheid gemaakt naar de voertuigcategorie. Per dag wordt het totaal aan voertuigen die dag gemeld en het aandeel van die dag ten opzichte van het totaal voor die dag over het hele jaar in procenten (kolom Rel.). Naast alle dagtype staan de werkdag en weekdaggemiddelde gegeven. Ook hierbij is in de kolom “rel.” het aandeel ten opzichte van het week dan wel werkdag totaal over het jaar gegeven. De laatste kolom bevat het aantal foutwaarden per locatie voor de complete week (weekdag) en alle categorieën en rijstroken. Dit is een sommatie over alle categorieën en rijstroken. De onderste rij bevat de totalen voor het jaar. In het derde en laatste tabblad worden alle technische uitsluitingen vermeld.

Rekenregels

De dag en weektotalen worden bepaald door eerst het dagtotaal per voertuigcategorie en rijstrook te bepalen. Vervolgens worden de rijstroken bij elkaar opgeteld en voor de weektotalen een gemiddelde over de dagtotalen uit die week beepaald. De dagtotalen worden op eenzelfde manier bepaald als voor de rapportage dagtotalen.

\[ I^{dag}_{cat,r} = \frac{\sum^{M}_{i=1} I^{i}_{cat,r}}{M}* 24\]

Met:

\(I^{dag}_{cat,r}\): Het aantal voertuigen in de betreffende rijstrook en voertuigcategorie op dag.

\(M\): Aantal minuten zonder foutmelding voor de betreffende rijstrook en voertuigcategorie en dag.

\(I^{i}_{cat,r}\): Het aantal voertuigen in de betreffende rijstrook en voertuigcategorie in minuut i in voertuigen per uur.

Vanuit deze dagtotalen per rijstrook en voertuigcategorie kunnen de dagtotalen voor de locatie bepaald. De rijstroken worden per voertuigcategorie bij elkaar opgeteld en voor de categorie ‘anyVehicle’.

\[ I^{dag}_{cat} = \sum^{R}_{r=1} I^{dag}_{cat,r}\]

Met:

\(I^{dag}_{cat}\): Het aantal voertuigen in de betreffende voertuigcategorie op dag.

\(R\): Aantal rijstroken.

\(I^{dag}_{cat,r}\): Het aantal voertuigen in de betreffende rijstrook en voertuigcategorie op dag

Vanuit deze dagtotalen worden de weektotalen bepaald door het gemiddelde van de dagen uit de week te berekenen.

\[ I^{week}_{cat} = \frac{\sum^{W}_{d=1} I^{dag}_{cat}}{W}\]

Met:

\(I^{week}_{cat}\): Het aantal voertuigen van de betreffende voertuigcategorie en week.

\(W\): Aantal dagen voor de betreffende voertuigcategorie en week.

\(I^{dag}_{cat}\): Het aantal voertuigen van de betreffende voertuigcategorie op dag d.

Jaarintensiteiten

Deze rapportage genereert voor de geselecteerde locaties een lijst met de werkdag of weekdag gemiddelden voor het geselecteerde jaar uitgesplitst naar dag-, avond- en nachtperiode en het etmaalgemiddelde.

Voorbeeld rapportage jaarintensiteiten

Toelichting

Bij deze rapportage kan gekozen worden voor twee verschillende vormen waarin de resultaten worden gepresenteerd. Standaard wordt een rapportage getoond met op elke rij een locatie en voor deze locatie in verschillende kolommen de gemiddelde per periode en voertuigcategorie combinatie. De andere optie toont een gemiddelde per rij, en kent dus meerdere rijen voor 1 locatie. Deze rapportage bestaat uit een tabblad met daarin voor elke geselecteerde locatie de werkdag dan wel weekdag gemiddelde intensiteiten en een tabblad waarin de technische uitsluitingen zijn vermeld. Bij de intensiteiten wordt onderscheid gemaakt naar de voertuig categorieën licht, middel en zwaar en de tijdsperioden etmaal (0:00-24:00), dag (7:00-18:59), avond (19:00-22:59) en nacht (23:00-6:59) conform de lucht en geluidswetgeving. Het is mogelijk om in plaats van de gemiddelden berekend door NDW eigen data te gebruiken in deze rapportage. Hiervoor dient de data aangeleverd te worden via Administratie, zie de volgende paragraaf voor meer informatie. Wanneer bij het aanvragen van de data de checkbox met “eigen data toevoegen aan de export” is aangevinkt zal voor de locaties waarvoor eigendata is geupload deze waarde worden gegeven.

Aanleveren eigen gegevens

Eigen berekende of gecorrigeerde jaargemiddelden cijfers kunnen aangeleverd worden, dit kan alleen voor locaties die bekend zijn bij NDW (dus op te vragen in een Dexter export als intensiteitlocatie). Het aanleveren van de eigen gegevens kan onder "Administratie" en dan "Jaargemiddelde CSV uploaden" . Door op de knop "nieuwe locaties uploaden" te klikken en "Bestand selecteren" kan een bestand worden gekozen en geimporteerd. Een voorbeeld csv van hoe de data moet worden aangeleverd is hier te vinden. Velden mogen gewoon leeg worden gelaten, maar alle kolommen dienen te worden opgenomen. De kolommen location en year zijn verplicht om in te vullen. Wordt een locatienaam opgegeven die niet bekend is bij NDW, dan kunnen de gegevens niet worden opgevraagd. In een bestand kan 1 jaar worden geupload maar wel meerdere locaties.

Rekenregels

De bron van de jaarrekening zijn de uuraggregaten. Voor de werkdagen worden alle nationale feestdagen niet meegenomen zie ook de rekenregels. Daarnaast worden alle data met als aanmerking technische uitsluitingen van het type AVG_FLOW en AVG_VEHICLE_CATEGORIES niet meegenomen in de gemiddelden zowel bij de werkdagen als de weekdagen. Om de jaargemiddelden te berekenen worden eerst per dag, periode over de dag, voertuigcategorie en rijstrook de gemiddelden berekend over alle beschikbare gegevens van die combinatie. Omdat de jaargemiddelde worden weergegeven met de eenheid voertuigen per uur, wordt niet vermenigvuldigd met 24 zoals dit wel wordt gedaan bij de dag en weekgemiddelden.

\[ I^{dag}_{cat,r} = \frac{\sum^{M}_{i=1} I^{i}_{cat,r}}{M}\]

Met:

\(I^{dag}_{cat,r}\): Het aantal voertuigen in de betreffende rijstrook en voertuigcategorie op dag.

\(M\): Aantal minuten zonder foutmelding voor de betreffende rijstrook en voertuigcategorie en dag.

\(I^{i}_{cat,r}\): Het aantal voertuigen in de betreffende rijstrook en voertuigcategorie in minuut i in voertuigen per uur.

Vanuit deze dagtotalen per rijstrook en voertuigcategorie kunnen de dagtotalen voor de locatie bepaald. De rijstroken worden per voertuigcategorie bij elkaar opgeteld en voor de categorie ‘anyVehicle’.

\[ I^{dag}_{cat} = \sum^{R}_{r=1} I^{dag}_{cat,r}\]

Met:

\(I^{dag}_{cat}\): Het aantal voertuigen in de betreffende voertuigcategorie op dag.

\(R\): Aantal rijstroken.

\(I^{dag}_{cat,r}\): Het aantal voertuigen in de betreffende rijstrook en voertuigcategorie op dag

Vanuit de daggemiddelden worden gemiddelden over het gehele jaar berekend.

\[ I^{per}_{cat} = \frac{\sum^{D}_{d=1} I^{dag, per}_{cat}}{D}\]

Met:

\(I^{dag}_{cat,r}\): Het aantal voertuigen in de betreffende rijstrook en voertuigcategorie op dag.

\(M\): Aantal minuten zonder foutmelding voor de betreffende rijstrook en voertuigcategorie en dag.

\(I^{i}_{cat,r}\): Het aantal voertuigen in de betreffende rijstrook en voertuigcategorie in minuut i in voertuigen per uur.

Reistijd- en snelheidsverloop

Met het reistijd- en snelheidsverloop wordt de gemiddelde reistijd- en snelheidsverloop over een etmaal binnen een geselecteerde periode weergegeven in een filmweergave en in een excel bestand.

Voorbeeld rapportage Reistijd- en snelheidsverloop

Toelichting

In de filmweergave zoals in bovenstaande figuur wordt de gemiddelde reistijd over de geselecteerde periode weergegeven. Deze filmweergave is alleen mogelijk als 1 periode en 1 set aan locaties is gekozen. In het excel bestand wordt de gemiddelde reistijd en snelheid over de periode weergegeven per traject en het gemiddelde over de set van trajecten. Hierbij is het mogelijk om meerdere sets van trajecten te kiezen en meerdere perioden. Deze sets komen in het excel bestand naast elkaar te staan.

Rekenregels

Dit onderdeel wordt nog aangevuld.

Reistijdbetrouwbaarheidsindicator

Een reistijdbetrouwbaarheidsindicator (RBI) wordt gebruikt om de betrouwbaarheid te weergeven van het mediane reistijd over een bepaald tijdspanne van een traject. RBI’s worden gebruikt voor beleidsmonitoring doeleinden voor wegbeheerders en wordt dus niet gebruikt voor actuele verkeersinformatie voor verkeersdeelnemers, zoals automobilisten of fietsers.

Toelichting

De RBI is gebaseerd op de Planningstijdindex (PTI). Deze PTI geeft aan hoeveel tijd we extra moeten inplannen om met een kans van 90% op tijd aan te komen op de eindbestemming.

Planningstijdindex

Bovenstaande grafiek toont een mediane reistijd op een traject van 1.8 tijdseenheden. 90% van de gevonden trajecttijden zijn minder dan 4.4 tijdseenheden. Om met een kans van 90% toch nog op tijd dit traject achter ons te laten en de reis volgens planning te laten verlopen zal de weggebruiker 2.4 keer de mediane reistijd moeten incalculeren voor vertrek.

Voor het uitrekenen van de RBI is ervoor gekozen om de PTI te gebruiken. Dit is gekozen vanwege de volgende redenen:

  • PTI is niet (te) gevoelig voor outliers
  • PTI is goed uit te leggen
  • Sluit goed aan bij gebruik in praktijk

** Datacontrole **

Het komt wel eens voor dat er geen metingen zijn op bepaalde tijdstippen. Er zijn dan geen reistijden of snelheden beschikbaar. Hier wordt rekening mee gehouden om toch een significante RBI te rapporteren.

Het zou ook een slecht beeld geven als een RBI erg beïnvloed wordt door reistijden die ver boven het toegestane gemiddelde snelheid uitkomen. Het is dus verstandig om extreem hoge snelheden af te kappen. De huidige FCD-leverancier kapt alle voertuigsnelheden af die boven een bepaalde waarde komen. Dit is echter afhankelijk van de FCD leverancier. Mocht NDW ooit naar een andere leverancier overstappen, is deze afkapping van de snelheid niet gegarandeerd. Daarom is besloten om alle gemiddelde snelheden boven 150 km/u weg te filteren.

** Gebruik aggregatieperiodes **

Voor een kwartier-, uur- en dag-aggregatieperiode ontvangt u een RBI per aggregatieperiode. Als u bijvoorbeeld van 9:00 - 10:00 een RBI wilt berekenen, dan ontvangt u een RBI gebaseerd op dit gehele uur vanuit uw geselecteerde datumbereik. Of u wilt juist een RBI berekenen voor iedere maandag over een bepaald datumbereik, dan ontvangt een RBI gebaseerd op alle maandagen binnen de gekozen datumbereik.

Voor een week- en maand-aggregatieperiode ontvangt u een RBI per week of per maand. Bijvoorbeeld u wilt voor week 10 een RBI uitrekenen of juist voor maand augustus. Verschil met kwartier-, uur- en dagaggregatieperiodes

Bij een week- en maand-aggregatieperiode ontvangt u dus geen RBI over een geselecteerde datumbereik maar echt specifiek voor een week of maand. Dus voor week 10 of maand augustus. Bij een kwartier-, uur- en dag-aggregatieperiode ontvangt een RBI over de geselecteerde datumbereik.

** RBI significatieniveau **

Er wordt een significantieniveau bepaald door de hoeveelheid samples die beschikbaar zijn voor het berekenen van een RBI. Het significantieniveau is een advies en kan niet gezien worden als een harde grens. De volgende grenzen worden gebruikt om de niveaus te bepalen:

  1. Significantieniveau is lager dan het geadviseerde minimum (= minder dan of gelijk aan 50 samples)
  2. Significantieniveau voldoet aan het geadviseerde minimum (= meer dan 50 samples)
  3. Significantieniveau voldoet aan het geadviseerde minimum (= meer dan 50 samples)
  4. Significantieniveau is uitstekend (= meer dan 250 samples)

** Betekenis samples **

De betekenis van de samples hangt af van de gekozen aggregatieperiode.

Voor een kwartier, uur- en dag-aggregatieperiode ontvangt u een geschatte significantieniveau op basis van de hoeveelheid dagen die in het datumbereik wordt meegenomen. Ieder dag wordt hierbij dus ook gezien als een sample.

En voor een week- en maand-aggregatieperiode ontvangt u een geschatte significantieniveau op basis van de hoeveelheid kwartieren die wordt meegenomen per week of maand. Ieder kwartier in een week of maand wordt hierbij dus ook gezien als een sample.

Rekenregels

De berekening van de PTI gaat als volgt:

\[ Planningstijdindex = \frac{90ste percentiel reistijd} {mediane reistijd} \]

De mediaan is gekozen omdat de mediaan niet wordt beïnvloed door outliers ten opzichte van het gemiddelde.

Datakwaliteit AVG

Rapportage Datakwaliteit AVG geeft informatie over de kwaliteit van de vaste meetlocaties en vaste trajecten. De rapportage bestaat uit een Excel met een tabblad metingen, met de volgende kolommen.

  • Tijd
  • Locatie
  • Partner
  • Leverancier
  • Contract
  • Contract type
  • Meetcompleetheid reistijd
  • Meetcompleetheid reistijd op tijd geleverd
  • Meetcompleetheid intensiteit
  • Meetcompleetheid intensiteit op tijd geleverd
  • Meetcompleetheid snelheid
  • Meetcompleetheid snelheid op tijd geleverd
  • Levertijd
  • Min geleverd
  • Min nageleverd
  • Min niet geleverd
  • Min uitsluiting
  • Langdurige uitval
  • Maximale uitval
  • Uitval totaal

De kolommen worden in het extra tabblad ‘kolom informatie’ toegelicht dat bij deze aanvraag geleverd wordt. In tab 'datakwaliteit informatie' staat welke locaties en periodes uitsluitingen hebben (kolom is_uitgesloten=ja). Standaard zijn dit de contractuitsluitingen. Zie uitleg bij de exports over de opbouw van dat tabblad.

VRI intensiteiten en VRI intensiteiten verloop

Toelichting

De VRI Intensiteiten rapportage is een schatting van de voertuig intensiteit. In de uitvoer staat voor alle detectoren het aantal getelde pulsen. Enkel pulsen met een minimale bezettingsduur tellen mee. Standaard is deze ingesteld op 0.3 seconde. Merk op dat alleen tellingen op geschikte detectoren een goede weergave zijn van de intensiteit, zoals bij koplussen of verweglussen. De uitgebreid rapportage voegt een tabblad met de gegevens van elke puls toe, waardoor de bestandsgrootte snel kan toenemen bij langere periodes.

VRI intensiteiten verloop

De rapportage intensiteiten verloop middelt alle opgevraagde dagen tot een gemiddelde dag om een beeld te geven van het intensiteitsverloop. Er kan ook worden geaggregeerd naar signaalgroep, kruispunt tak of het gehele kruispunt. De rapportage is enkel gebaseerd op de koplussen van richtingen, in tegenstelling tot de rapportage VRI intensiteiten.

samenvoegen bij wijzigingen

VRI's kunnen wijzigen in de loop van de tijd, bijvoorbeeld door het toevoegen van een richting of detectoren (element). De VRI heeft dan vanaf dat moment een gewijzigde configuratie. De rapportages voegen de resultaten van de betreffende periodes samen, indien er niet teveel wijzigingen zijn. De wijzigingen die meetellen zijn het toevoegen of verwijderen van een signaalgroep of detector. Elementen die enkel een andere index hebben gekregen tellen niet mee als wijziging. Wijzigingen in uitgangen of ingangen tellen ook niet mee als wijziging.

Deze wijziging in de configuratie telt bijvoorbeeld als 1 wijziging:

vóór FC,0,"02",1 FC,1,"05",1

na FC,0,"01",1 # hier wordt een nieuwe richting toegevoegd. Dit telt als 1 wijziging. FC,1,"02",1 # signaalgroep 2 had index 0 en krijgt index 1. Dit telt niet als een wijziging. FC,2,"05",1

De rapportage splitst de uitvoer in meerdere csv-bestanden of Excel werkbladen als er meer dan 5 wijzigingen in de aangevraagde periode waren.

uitvoer bij verschillende applicaties in een VRI (gekoppelde VRI's)

Een VRI kan meerdere applicaties draaien, bijvoorbeeld een lokale TLC-gen applicatie en een netwerk applicatie zoals Imflow. In VRI beheer VRI beheer zijn deze zichtbaar als aparte VRI's met een eigen configuratie. Als de beheerder de applicaties aan elkaar heeft gekoppeld (tabblad koppelingen), dan voegt de rapportage de uitvoer van parent en child zoveel mogelijk samen. Merk op dat een child applicatie niet los geselecteerd kan worden in een rapportage. Rapportages verlopen altijd via de parent.

rekenregels

In de rapportage staat het aantal geldige pulsen per tijdsperiode. Een detector bevat geen waarde als een deel van de V-log data in de betreffende tijdsperiode ontbreekt.

VRI wachttijden en VRI wachttijden verloop

De VRI wachttijden rapportage toont de wachttijd van het langzaam verkeer en is beschikbaar in 3 versies:

  • fietsers
  • fietsers (versimpeld)
  • voetgangers

fietsers

Dit onderdeel wordt nog aangevuld.

fietsers versimpeld

Deze rapportage kan worden gebruikt als de uitgebreidere fietsers rapportage niet beschikbaar is door ontbrekende detectoren.

benodigde informatie: - start- en eindegroen momenten van de fasecycli - werkende drukknoppen

De uitgangspunten voor de berekening zijn: - fietsers komen uniform verdeeld aan vanaf de eerste drukknop detectie. - een fietser staat eerst stil en druk dan pas op de drukknop. De wachttijd begint dus eerder dan dat er op de drukknop wordt gedrukt en wordt hiervoor (instelbaar) gecorrigeerd. - afremmen tot stilstand telt niet mee als wachttijd. - het algoritme gaat ervan uit dat er geen fietsers aankomen gedurende geel. - er is geen wachttijd tijdens groen.

Het grootste nadeel van dit algoritme ten opzichte van het uitgebreidere algoritme is dat geen rekening gehouden (kan) worden met het daadwerkelijke aankomst patroon van fietsers. Het voordeel is dat het algoritme vaker is toe te passen.

De uitvoer is gelijk aan die van de uitgebreidere wachttijden fiets rapportage, maar sommige velden (minimale wachttijd, aantal bemeten, verliesminuten en perc. groenaankomst) zijn niet ingevuld door het niet (kunnen) gebruiken van extra lusdetectoren.

voetgangers

Deze rapportage is vrijwel gelijk aan de versimpelde fietsers rapportage. De rapportage is op de volgende punten anders:

  • voor voetgangers wordt in plaats van de signaalgroep de naam van de drukknop weergegeven om onderscheid te maken in beide zijden van de oversteek.
Ga terug naar de vorige pagina